30 seconden verticaal drijven met gebruik vaan een drijvend voorwerp, gevolgt door
5 meter voortbewegen op de rug met gebruik van armen
100 meter zwemmen, onderbroken door 1 keer onder een drijvend voorwerp door zwemmen en 1 keer overeen drijvend voorwerp heen klimmen, proef afronden met
zelfstandig uit het water op de kant klimmenn
Te water gaan met een sprong naar keuze, enkele slagen zwemmen, aansluitend
1 meter voor een verticaal in het water hangend zeil onder water gaan en onder water zwemmen door het gat in het zeil
Onder water oriëntatie:
Van de kant duiken, gevolgd door (zonder boven te komen)
onder water zwemmen door een gat in een verticaal in het water hangend zeil dat zich op 6 meter van de (start-)kant bevindt, proef afronden met
naar de oppervlakte zwemmen, oriënteren en bovenkomen in een soort wak
Conditiezwemmen:
75 meter schoolslag,onderbroken door 1 keer hoofdwaarts richting bodem gaan, gevolgd door
75 meter enkelvoudige rugslag
Borst en rugcrawl
15 meter borstcrawl.
15 meter rugcrawl.
Boven wateroriënteren en verplaatsen
Van de kant te water gaan met een sprong naar keuze, aansluitend
30 seconden watertrappen met gebruik van armen en benen met verplaatsen in meerdere richtingen, gevolgd door